De legendarische pianist/keyboardist Herbie Hancock (1940) werkt aan een nieuw album. Wanneer dat uitkomt is nog niet beslist: ‘I’m shooting for the spring, but I’m not putting a time limit on it. It’s going to come out when it’s ready.’
Hopelijk is het klaar als hij op North Sea Jazz optreedt, want de vorige cd (The Imagine Project) is alweer uit 2010. Wat beweegt iemand met zo’n gigantische loopbaan (onder meer als lid van de Miles Davis-band, als leider van de grensverleggende Headhunters en als maker van jazzhits als Rockit) om nog steeds op tournee te gaan? ‘Bringing the culture of the world together. Because those are the times we live in today. That really is the 21st century.’
De komende editie van Jazzism Magazine (5 mei in de winkel) bevat een exclusieve coverstory, met daarin alles over Herbie Hancock.
1. Watermelon Man (album: Takin’ off, Blue Note 1962)
Het was zijn debuut-album, maar de zelfverzekerdheid droop er van af. Met onder meer Dexter Gordon, Freddie Hubbard en Billy Higgins. En meteen een enorm succes.
2. Cantaloupe Island (album: Empyrean Island, Blue Note 1964)
Hier kunnen we niet omheen. Met Freddie Hubbard (een fantastische solo!), Ron Carter en Tony Williams. Een ingenieuzer compositie dan Watermelon Man maar ook een groot succes; het kwam in de top 100 van jazzstandards.
3. Maiden Voyage (album: Maiden Voyage, Blue Note 1965)
Algemeen beschouwd als een van Hancocks grootste composities. Op dezelfde plaat stond ook Dolphin Dance, eveneens een meesterwerk. Dit zijn stukken die niemand mag missen.
4. Little One (album: E.S.P. van Miles Davis, Columbia 1965)
Dit stuk deed Hancock enkele weken later nog eens over op zijn eigen album Maiden Voyage. In de tussentijd vond er zeker rijping plaats, maar deze uitvoering is ook zeer to the point.
5. The Sorcerer (album: Speak Like a Child, Blue Note 1968)
Hancock had The Sorcerer in 1967 ook al met Miles Davis op de gelijknamige plaat gezet. Een hele eer, maar in deze versie gaf de pianist zijn compositie toch nog diepere lagen mee.
6. Sly (album: Headhunters, Columbia 1973)
Een icoon van de funk jazz, een groot succes. Headhunters werd gemaakt voor een nieuw label, en het viel op dat op dit album een oude succes (Watermelon Man) een nieuw jasje kreeg. Hancock speelde voornamelijk nog op zijn fender rhodes.
7. Actual Proof (album: Thrust, Columbia 1974)
Van de opvolger van Headhunters. Actual Proof schreef Hancock tevens voor de film The Spook Who Sat By The Door, maar het ging hem vooral om een proeve van bekwaamheid op de fender.
8. Someday My Prince Will Come (album: The Piano, Columbia 1978)
Hoe nu? Zomaar een akoestische pianoplaat, tussen al dat elektronische geweld? Jazeker, opgenomen in concert in Tokyo. Deze verzameling lag buiten Japan bijna een kwart eeuw op de plank.
9. Rockit (album: Future Shock, Columbia 1983)
Rockit! Inclusief scratching! De video deed het zo mogelijk nog beter, maar de audioversie kwam in ons land zelfs in de top tien van singles. Wat een eigentijdse knaller, hij deed het ook goed in de dance clubs.
10. River (album: River – The Joni Letters, Verve 2007)
Met o.a. zangeres Corinne Bailey Rae en Wayne Shorter. Bedachtzaam, melancholiek – het album was een ode aan Joni Mitchell. Het kreeg een jaar later een Grammy.
11. The Times. They Are A’Changin (album: The Imagine Project, Hancock 2010)
Een album vol peace en cross-over. Op dit lied van Nobelprijswinnaar Bob Dylan combineert Hancock de West-Afrikaanse kora met een Keltische fluit, een viool en ‘Uilleann pipes’, zeg maar een doedelzak. Over experimenteerlust gesproken…