Saxofonist Chris Potter onderzoekt op het album Circuits elektronische geluiden en samplers. “Elementen uit hiphop en elektronica sijpelen vanzelf in de muziek.”
foto: Dave Stapleton
“Schrijf niet meer muziek dan je nodig hebt”, zo vat Potter zijn creatieproces samen, maar dat betekent niet dat de 49-jarige Amerikaanse saxofonist zonder enige visie aan een album begint. Op Circuits draaide het om het koppelen van de vrijheid van jazz aan de aanstekelijkheid van door hiphop beïnvloede grooves en de sonische mogelijkheden van elektronica.
Chris Potter manipuleert geluid van saxofoon
Het is voor het eerst dat de saxofonist echt aan de slag is gegaan met het elektronisch manipuleren van zijn saxgeluid. “Wat delay bijvoorbeeld, en harmonisatie, dat soort spul.” Een ander gereedschap dat Potter omarmt op Circuits is de sampler. “Daarmee maak ik loops, bijvoorbeeld van een stukje fluitspel met een hoop echo erbij. Je krijgt dan een soort wolk van fluitgeluiden waar ik met de tenorsax overheen kan spelen en waar de rest van de band op kan reageren.”
Circuits is experiment vanuit jazztraditie
Chris Potter, bekend om zijn onnavolgbare technische beheersing en ontwikkeling van de muzikale taal van de groten uit de jazz, benadert zijn experiment vanuit een stevige basis in de jazztraditie. “Jazz is een reflectie op dat waar we aan worden blootgesteld en wat betekenis voor ons heeft. We leven nu in een geweldige tijd, waarin steeds meer mogelijk is. Er lijkt meer openheid en meer bereidheid om van alles met elkaar te mengen. We houden allemaal van Louis Armstrong, Duke Ellington en Charlie Parker, maar het gaat nooit beter worden dan het al was toen het gebeurde in die specifieke tijd en plaats. Wij zijn niet dáár en het lijkt mij vanzelfsprekend dat, wanneer je dat probeert na te doen, het nooit zo spannend wordt.”
Jazztraditie samenbrengen met nieuwe ontwikkelingen
Het is niet eenvoudig om die hele traditie én nieuwe ontwikkelingen bij elkaar te brengen, zegt Potter. “Je hebt er echt een bepaald soort artiest voor nodig er iets nieuws van te maken. Het is veel makkelijker om in een oude stijl te spelen, of om gewoon wat elementen los bij elkaar te zetten. En dat kan prima zijn, niet alles hoeft gigantisch vernieuwend te zijn. Maar ik jaag dat wel na. Af en toe lukt dat, soms ook niet.”