Met zijn avontuurlijke nieuwe album Blame It On My Chromosomes bewijst Alex Koo opnieuw zijn talent. Als pianist van de buitencategorie componeerde hij stukken die voorgaand werk ontstijgen. Samen met drummer Dré Pallemaerts en bassist Lennart Heyndels tourt Alex Koo dit voorjaar langs de belangrijke podia van de Lage Landen.
Tekst: Dick Hovenga | Foto: Roger Vantilt
Vorig jaar trok ik twee dagen op met Alex Koo. Hij was toen in mijn woonplaats voor een intiem concert. Daarom is het nu geen probleem om elkaar via Zoom te spreken. Als ik hem vertel dat de nieuwe plaat mij zeer heeft verrast, lacht hij. “Als ik eerlijk ben had ik nog geen flauw idee hoe het album zou kunnen worden op het moment dat we met z’n drieën de studio ingingen. Ik had veel ideeën uitgewerkt, maar de composities liepen nogal uiteen qua sfeer. Hoe ik daar samenhang in zou kunnen krijgen was nog niet duidelijk.”
Progressie
De opnamen vonden plaats in de Blue Keys Studio van pianist Jef Neve in Aalter, België. Koo: “Voor ons een vertrouwde plek en de vaste geluidsman Dieter Claeys is geweldig. Vanwege de kosten boeken we normaal gesproken een dag in de studio en een dag voor het mixen. Deze keer hadden we een extra dag voor de studio-opnamen. En dat loonde, want we namen alle tijd om dingen uit te proberen en legden alleen het allerbeste vast. Ik voelde dat de progressie in mijn muziek juist in de diversiteit zat van de composities. Zodoende kwam alles samen bij dit album.”
Fluiten en zingen
“Het ging zelfs zo goed dat ik voldoende zelfvertrouwen had om op één stuk een melodie te fluiten (Eagle Of The Sun) en op een andere track te zingen”, vertelt Koo met een lach. “Ik speelde al een tijdje met de gedachte, maar ik wilde het in de studio echt proberen. Om daarna te luisteren of het goed genoeg was voor het album. Over de uitkomst van de vijfde opname was ik als beginnend zanger content. In ieder geval tevreden genoeg om het op de plaat te zetten. Ik denk dat mensen niet verwachten dat mijn naam bij de vocalen van het nummer Slowly staat.” Ter promotie van het album verscheen dit nummer alvast. Hierop kreeg de ‘zanger-pianist’ veel enthousiaste reacties: “Live werkt het ook. Vooral omdat het concert door zo’n gezongen stuk een andere kant op gaat. Maar ik ben nog niet telkens tevreden over mijn live vocalen.”
Persoonlijke plaat
“Blame It On My Chromosomes is opnieuw een persoonlijke plaat. Ik dacht dat ik dat achter me had gelaten na het uitbrengen van de soloplaat Etudes For Piano. Juist omdat het bij die opnamen volledig op mijzelf aankwam. Componeren is een heel persoonlijk proces. Inspiratie vind je vaak dichtbij, bij wat er om je heen gebeurt, waar je over leest of wat je ziet. Zo gaat Jonass over een van mijn allerbeste vrienden die op veel te jonge leeftijd na een auto-ongeluk overleed. Als muzikant kun je dan emoties omzetten in muziek en daar troost uit halen.”
Ambrose Akinmusire
Op de nieuwe plaat van Alex Koo speelt trompettist Ambrose Akinmusire op twee tracks mee. Hoe is die samenwerking ontstaan? “Dat is geen heel spannend verhaal”, vindt Koo. “Ik ben al jaren gek op zijn spel en vind zijn albums fantastisch. Heel bijzonder hoe hij zichzelf steeds opnieuw uitdaagt en verbetert. We hebben wel een connectie doordat we beiden met muzikanten speelden als Mark Turner en Craig Taborn. Het contact met Ambrose Akinmusire verliep heel natuurlijk. Ik stuurde hem een mail met de vraag of hij op twee composities van mijn nieuwe plaat wilde meespelen. En hij reageerde eigenlijk gelijk enthousiast. Eerst via de mail en later ook toen we elkaar telefonisch spraken. Vanwege Ambroses tijdschema kon hij niet aanwezig zijn tijdens de studiodagen. Daarom hebben we de twee stukken naar hem doorgestuurd en heeft hij ze in zijn thuisstudio in Californië ingespeeld. Het zou natuurlijk fantastisch zijn als hij ze ooit een keer mee zou kunnen spelen op het podium.”
Albumtitel
“Eigenlijk is er niets bijzonders aan de titel van de plaat”, zegt Koo. “Al klinkt die misschien wat raar (lacht). Eén van de stukken die we opnamen had ik Blame It On My Chromosomes genoemd, vrij naar de legendarische compositie Blame It On My Youth van Oscar Levant en Edward Heyman. Of een verbastering – hoe je het ook wilt noemen. Toen we op zoek waren naar een titel voor het album, kwam die compositie steeds naar voren als het stuk waar het album om draait. Bij mijn voorstel om het album dan ook zo te noemen, werd er gelijk instemmend gereageerd.”
Sterke basis
De pianist vindt het heel fijn om al langere tijd met dezelfde muzikanten te spelen, zo vertelt hij nadat ik hem vraag naar de chemie van zijn band. “Er komt een moment in de samenwerking waarbij je elkaars tonen overneemt. Dus als ik ergens stop, de ander het heel natuurlijk overpakt en de compositie verder duwt. Dat geeft je als muzikant enorm veel zelfvertrouwen en durf om veel verder te gaan dan je vooraf in je hoofd had. Met Dré en Lennart voelt het als spelen in het fijnste trio denkbaar en ik merk dat de chemie tussen ons elk stuk dat we voor dit album opnamen echt veel beter maakte. Bizar als je bedenkt dat we eigenlijk nooit samen oefenen. Zelfs onze soundcheck is kort, eigenlijk alleen om het geluid te testen.
Spontaniteit
Waar veel bands de soundcheck oppakken om nog even alle stukken door te spelen, gebruiken wij die tijd om bij te praten. Tijdens het concert scherpen we de stukken aan, omdat we bang zijn om anders de spontaniteit te verliezen. Het avontuur opzoeken is de basis om als muzikant uitgedaagd te worden en de spanning die dat voor een optreden oproept is de meest fantastische denkbaar. Bij een concert hoef je als muzikant ook niet perfect te spelen, zolang de intentie en de emoties maar duidelijk overkomen. Als de basis door het vele spelen al goed genoeg is, kun je daar vol op vertrouwen. En dat doen we alle drie.”