Het is natuurlijk een schande dat Frank Sinatra bij leven nooit een Nobelprijs heeft gekregen. Die zong een catalogus van 1400 liedjes in de studio bijeen maar moest het doen met een paar eredoctoraten (één in de sector engineering), een postzegel en de Medal of Freedom. Terwijl Bob Dylan eindelijk naar Zweden toog om zijn Nobelprijs op te halen – hij was toch even in de buurt. Toegegeven, Sinatra schreef slechts mee aan een handvol liedjes; in die tijd hadden zangers daar hun personeel voor. In dat opzicht leverde Dylan heel wat meer af aan eigen tekstproductie.
Dan het raadsel. Na Shadows In The Night (2015) en Fallen Angels (2016) komt ‘The Bard’ nu met drie cd’s tegelijk: Triplicate. Dertig songs die – op één na – weer uit het repertoire van ‘The Voice’ lijken geplukt. Fascinerend, hoe het swingende arrangent van Billy May in Day In, Day Out noot-voor-noot is gekopieerd. ‘Arranged by James Harper’ staat erbij – jaja. De intro van Somewhere Along The Way – geleend van Axel Stordahl. De baslijnen in How Deep Is The Ocean: Nelson Riddle. Quincy Jones’ listige arrangement van The Best is Yet To Come. De weemoedige spinnewebben van Gordon Jenkins in September Of My Years… Intrigerend te horen hoe die verpakkingen nu worden uitgevoerd door een clubje met de steel guitar van Donnie Herron. Sommigen zullen hiervan gruwen. Ik niet – want je voelt dat Dylan deze grote songs hartstikke mooi vindt. En dan zing je ze zo intens mogelijk.
Coen de Jonge