De slotdag van Gent Jazz is een bijzondere. Als hoofdact op de mainstage staat namelijk de Belgische popband dEUS geboekt. Ze mogen tijdens dit festival een welverdiende, onverwachte reprise verzorgen van hun tour door de theaters: Soft Electric.
Tekst: Willem Jongeneelen
Beeld: Gent Jazz en Willem Jongeneelen (foto BeraadGeslagen)
Zie ook: Gent Jazz 14 juli: soul is het sleutelwoord
Zie ook: Gent Jazz 15 juli: Wereldse klanken bij St Germain
Vandaar dat er deze laatste dag van zeven dagen Gent Jazz opnieuw stoelen staan opgesteld in de grote tent. Het is aan de programmeurs van Gent Jazz om er ook de rest van deze dag een mooi passend verhaal rond te vertellen. Dat slagen ze wederom met verve in.
Het was zanger/componist Tom Barman een doorn in het oog dat niet iedereen de diepgang van een groot deel van zijn werk opviel, zo lezen we in het programmakrant. De man heeft gelijk en recht van spreken. Door de vaak ook wat stillere liedjes bijeen te brengen in een theatersetting met een wel stil luisterend oor van het publiek, komen ook de parels die normaliter tijdens een rockshow van dEUS deels verzuipen prachtig tot zijn recht. Goed bedacht, perfect uitgevoerd. En dat er zoveel van die prachtige liedjes op hun albums stonden, dat zal menigeen verbaasd hebben. Hoogtepunt na hoogtepunt krijgt Gent voorgeschoteld nadat licht cynisch afgetrapt is met Wake Me Up Before I Sleep.
De groep heeft, ondanks invloeden van onder meer Leonard Cohen, Tom Waits en John Cale, en de vele bezettingswisselingen tijdens de eerste tien jaar van haar bestaan, een bijzonder eigen geluid ontwikkeld. Dat wordt nu dankzij de meest standvastige line-up heel fraai ingekleurd. Gitarist Mauro Pawlowski bewijst op Gent Jazz opnieuw een snarenwonder te zijn (een week eerder stond hij daar samen met Flat Earth Society) en ook de piano- en vioolpartijen van Klaas Janzoons zijn bij vlagen subliem. Rustige tracks als Right As Rain, Secret Hell en Easy worden met nog zachtere tinten nog eens extra mooi in de verf gezet.
Barman spreekt zich uit blij te zijn dat hij deze set voor de allerlaatste keer tijdens Gent Jazz nog eens kon spelen en trakteert het publiek na de staande ovatie op een toegift met onder meer een definitieve, zeer vakkundig uitgeklede versie van Bad Timing. Beter op tijd had de song niet kunnen komen. Dat uitgerekend pal voor de slotsong Nothing Really Ends de viool het begeeft doet aan de euforie niets af.
De Amerikaanse artiest Perfume Genius is voor velen een minder gekende naam op het programma. Hij profiteert optimaal van het feit dat er stoelen opgesteld staan in de grote tent. Die zorgen ervoor dat de mensen de stemmige muziek van zanger Mike Hadreas uit Seattle in afgedwongen stilte en onder mooie omstandigheden wellicht voor het eerst tot zich kunnen nemen. De wat verlegen ogende zanger balanceert met zijn akoestische pianoballades en zijn met wat meer elektronica omgeven songs tussen gevoelig, sfeervol en strijdvaardig.
Zijn sound wordt regelmatig omschreven als een verwant met die van Antony & The Johnsons en James Blake, maar in Gent gaat zijn muziek veel breder. Zijn strijdbaarheid uit hij niet door met de vuisten te staan zwaaien. Die komt binnen dankzij zijn prachtige, soms breekbaar ingezette, maar altijd loepzuivere stem en sterke teksten over liefde en oprechtheid. Hadreas komt in een aantal songs op zijn drie albums op voor de rechten van homoseksuelen, biseksuelen en transgenders. Juist in de huidige tijd lijken die helaas weer meer gevaar te lopen dan voorheen.
Minder blij met de opgestelde stoelen is de Nederlandse Eefje de Visser. Ze is wel heel blij op Gent Jazz te mogen spelen in de stad waar ze trouwens sinds een tijdje woont. Die mededeling wordt door het thuispubliek met applaus begroet. Eefje en haar Nederlandstalige liedjes worden terecht ook in Vlaanderen omarmt. Die van haar derde album Nachtlicht zijn meer dan voorheen elektronisch vormgegeven en haar fantastische band vertaalt die op schitterende wijze naar het podium. Haar set klinkt zowaar iets steviger dan die tijdens de succesvolle clubtour die ze dit voorjaar afsloot.
Drummer Nicky Hustinx tovert speelse ritmes bloot en het tweede deel van de set zou Eefje de Visser ook overeind gebleven zijn in een zaal met staande (lees dansende) mensen helemaal vooraan. Als een kameleon slaagt ze er steeds in haar op zich vaak inventieve, allesbehalve simpel in elkaar stekende verhalen een ander insteek, update en uiterlijk mee te geven. Tijdens het van een nieuwe hartslag voorziene nummer Hartslag van haar debuut Hartslag beginnen die stoelen onder onze zitvlakken steeds ongemakkelijker aan te voelen. Desondanks: prima optreden!
Hoe breed het geluid op de mainstage tijdens deze slotdag is wordt ook bewezen door Carate Urio Orchestra, een uiterst divers orkest gevormd door en rond rietblazer Joachim Badenhorst. Zijn band, met leden uit vele windstreken vertelt vele boeiende, totaal verschillende verhalen, met steeds een ander lid in de schijnwerper. Opvallend is dat veel sterke instrumentalisten ook over andere (vocale) gaven blijken te beschikken of er niet voor terugdeinzen buiten hun comfortzone te treden. De set van het zevenkoppige orkest van Badenhorst (met twee contrabassisten) is te omschrijven als een veelkleurig palet. Een rijk project dat put uit verschillende stijlen en segmenten van de pop, jazz, minimal, klassiek, wereldmuziek en noise.
Zo schuilt er in de uitstekende drummer Sean Carpio plots ook een breekbare singer-songwriter met een gitaar rond zijn nek. Hij brengt twee songs met aan Bonnie Prince Billy verwante schoonheid. Even later hoor je stukken freejazz horen waarin de blazers zich kunnen uitleven en ontpopt contrabassist Brice Soniano zich als een zanger met vrije gedachten in een stuk dat emotionele oosterse zanglijnen bevat. Iedere song opent een andere wereld. Wereldse zang en moeilijke partituren, deze club is niet snel in één hokje te vangen. Badenhorst zou er maar ongelukkig van worden. Er wordt vrij gemusiceerd en bij veel stukken is stilte vereist. De vroege vogels in het publiek zijn stil, hoe onwennig sommige delen voor minder getrainde oren moeten klinken en overkomen. Iedere specialist in de band bezit echter extra kwaliteiten en mag die uitspelen. Vrijheid blijheid. Het mag, het kan, het gebeurt. Badenhorst is de organisatie van Gent Jazz bijzonder dankbaar, ook vanwege het feit deze muziek onder hun vlag eerder dit jaar ook al eens in New York mocht uitvoeren.
Vrijheid blijheid ook op The Garden Stage. Het duo BeraadGeslagen bestaat uit zanger/toetsenist Fulco Ottervanger (tevens Stadt en De Beren Gieren) en drummer Lander Gyselinck (bekend uit STUFF. en Labtrio). In drie korte sets mogen ze niet alleen hun kunnen bewijzen, ze leven zich ook graag uit in gekte, improvisatie. Veel wordt bepaald in het moment. Het duo opereert meestal tegenover elkaar, zodat ze naast het spel in hun oren ook op het oogcontact kunnen reageren. Typerend is het begin van de eerste set. Die geschiedt vóór de aankondiging. ,,We kunnen niet wachten.” De mannen spelen al tien jaar regelmatig samen, maar treden er nog niet zo lang mee naar buiten.
Een aantal muzikale thema’s en afspraken zijn er wel, maar daarvan afwijken vinden ze allebei eigenlijk veel leuker. ,,Wat het volgende nummer is dat we gaan spelen, tja, dat weten we nog niet zo goed”, verklaart Fulco. ,,Maar het gaat in ieder geval over stadsuitbreiding”, voegt hij er nog snel aan toe. Er ontvouwt zich een soort free funk, met machtige ritmes en verrassende orgelpartijen. Virtuozen zijn het eigenlijk, maar experimenteren en risico’s nemen vinden ze veel interessanter. In hun sets zijn vervolgens zaken te ontwaren die te omschrijven zijn als disco, pop, ongein, funk, progrock en absurdisme. Vaak weergaloos, soms ook bewust tenenkrommend. ,,Verzoeknummers?”, vraag Fulco Ottervanger tijdens de derde set. ,,Bowie, Prince? Jammer dat Sting nog niet dood is, want daar kunnen we wel wat mee…” BeraadGeslagen is allesbehalve standaard. De helft van de bezoekers is overtuigd, de andere helft blijft in verwarring achter.
De slotdag van het avontuurlijke Gent Jazz bevat minstens evenveel pop en rock als jazz. Gewaagd mag ook absoluut de keuze genoemd worden om The Germans, een zeer onstuimig Gents vijftal, genoemd worden. Ze bouwen hun tracks zorgvuldig op. Denk aan riffs, structuur, herhaling en steeds meer volume en opwinding. Hun laatste album Are Animals Different werd door niet zo maar een rijtje verzamelde Belgische muziekjournalisten als het beste album van 2015 verkozen. Postrock, psychedelica, elektronische soundscapes en wilde drum- en gitaarpartijen. Live doet de groep er nog wat extra drive, volume en extase bij. Om volledig in trance wild op te kunnen dansen uiteindelijk. Niet alles verloopt vlekkeloos, maar de band dendert drie kwartier nietsontziend door. Deze afsluiter omvat alles waar Gent Jazz voor staat: vrijheid, visie, beleving en ontdekking. Missie geslaagd, tot volgend jaar!