Menu Sluiten

Blog: Gent Jazz

Minimalisme overheerst

Na een kil eerste weekend – wat gelukkig niet gold voor de prima line-up-, hangt er nu een subtropische temperatuur rond het festivalterrein van de Bijloke tijdens de eerste avond van het tweede weekend.

De half open tent van Gent Jazz is een sauna. Afkoelen kan gelukkig bij de koude spray douche.
Voor de eerste act, het Zwitserse Plaistow, is het afzien onder de hete lampen. Het zweet druipt van het gezicht af van pianist Johan Bourquenez. Dit trio, met verder Vincent Ruiz (b) en Cyril Bondi (d) is weer zo’n voorbeeld dat de traditionele pianotrio’s al lang passé zijn. De heren spelen een pittige mix van meditatieve en terugkerende passages, mixen sound scapes met rock en passen soms zelfs noise-elementen toe. Ook zijn er invloeden van Steve Reich en Philip Glass te horen.

Trance
Bas en drums blijven in meerdere stukken wel erg lang in een rock groove hangen, waardoor het geheel voorspelbaar wordt. Dit komt mede door het ontbreken van melodie en deels harmonie. Spannender is de suspense van Bourquenez. De terugkerende pulserende motieven roepen een trance op, hoewel er wederom na een aantal minuten te weinig variatie is (kleine nuance-verschillen daargelaten) om te blijven boeien.

Er zijn momenten dat het trio wel degelijk vlamt, in het repeterende blijft hangen, steeds meer opbouwt en naar een dynamische climax toewerkt, om vervolgens verstilde frases in te voegen. Door echter weinig met melodie te doen ontbreekt echter een blijvende spanningsboog.

Compact geheel
Tussen de concerten door is er ruimte om te tafelen. De organisatie heeft een aantal nieuwe bars toegevoegd en het tweede podium, de Garden Stage, is met een tent ingevoegd tussen de bars en eettentjes. Met het etende publiek in het midden, vormt dit een mooi compact geheel. Een mooie verbetering.

Overigens is het publiek weer zeer gemêleerd, van jong tot oud loopt hier rond. Vanwege het open karakter zijn er ook jonge gezinnen en moet je niet gek opkijken dat een moeder haar baby de borst geeft tijdens een concert.

Duyster
In de Garden tent speelt de Amerikaanse singer-songwriter Julia Holter. Het raakvlak met jazz is hier wel ver gezocht. Daarnaast is haar muziek erg donker, duyster, zoals de Vlamingen het typeren.
Niet echt passend voor het begin van het festival. Holter heeft wel een heel eigen stijl en sound, met haar vertellende manier van zingen en ze overschrijdt allerlei genres, begeleidt door blazers, strijkers en electronica die tijdens de tweede set behoorlijk experimenteren.

Pianisten
Het is opvallend dat er vanavond op Ludovico Einaudi na, nauwelijks grote namen staan geprogrammeerd en tevens dat drie van de vier acts centraal staan rondom pianisten.
De IJslandse Olafur Arnalds vertolkt hele ingetogen en verstilde composities die klassiek georiënteerd zijn, alsook elektronische beats en sound scapes toepast. Hij wordt begeleid door een strijkkwartet en een tweede toetsenist, Bergur Thorisson, wat een melancholische en filmische sfeer oproept, maar qua inhoud wat te weinig boeit. De strijkpartijen blijven wat vlak, wel in lagen opbouwend, maar er volgen geen sprankelende melodieën of patronen. Ook is er nauwelijks afwisseling qua tempo en sfeer. De feature voor violiste Björk Oskarsdortir is wel erg mooi en expressief, hoewel het weinig met jazz te maken heeft. Dat geldt eigenlijk voor deze volledige act, qua akkoorden, timing, frasering, feel en improvisatie is de link nihil. Maar goed, Gent heeft een open mind en durft risico’s te nemen. Dat siert de organisatie. Het publiek komt er ook en masse op af, dus blijkbaar is er voldoende draagvlak voor.

Hypnotiserend
Dan door met de lieveling van België, Melanie De Biasio. De zangeres/fluittiste timmert al aardig wat jaren aan de weg, maar sinds de release van haar laatste album, No Deal, gaat het hard. Ook in het buitenland, vooral in Frankrijk is ze populair en Engeland lonkt, nadat Gilles Peterson haar album uitriep tot weekplaat van BBC Radio 6.

Haar heldere warme stem en intrigerende verschijning vloeien samen met haar beeldende teksten. Evenals Arnalds zoekt De Biasio stilte en ruimte op, soms toewenkend naar een dynamisch hoogtepunt, waarbij ze volledig in de muziek zit.
Ook haar interpretatie op een afgezaagde standard als All of Me, is zo eigen, dat het een volledig nieuwe lading krijgt. Uiteraard geldt dat ook voor de band en subtiele ritmische arrangementen. Ondertussen schakelt ze even gemakkelijk naar Afro Blue.
De Biasio mag vocaal gezien meer gas geven, hoewel dat ingetogen spel ook iets hypnotiserends heeft. Alsof ze in een droom, een trip wegzinkt en het publiek daar getuige van is.

Halverwege de set wordt haar signatuur echter toch voorspelbaar. Ze gaat nergens los, haar stembereik blijft beperkt, vlak, terwijl ze wellicht meer in haar mars heeft. Alsof ze zichzelf inhoudt; jammer, want hoe zou ze klinken als ze die ingetogen kant wat zou doorbreken?

Lange zit
Ook de slotact van de avond, Ludovico Einaudi, ligt qua sfeer in het verlengde van de eerdere artiesten: wederom minimalistisch, repeterende patronen, filmische lagen, sound scapes, werkend met loops en strijkers. Op zich niets mis mee, maar vier vergelijkende acts die in elkaars verlengde liggen brengen te weinig variatie. De Italiaanse pianist en componist springt er dynamisch wel het meeste uit, mede door de strijkers veel ruimte te geven. Zijn klassiek georiënteerde stukken, hebben een fraaie opbouw en ontpopten zich soms tot een theatrale climax. De vrijdag belooft meer afwisseling, wat na deze lange zit welkom is.

Door: Angelique van Os

 

Deel bericht

Laatste nieuws